Zowel voor rechthebbenden als gebruikers van creatieve werken zijn collectieve regelingen gemakkelijk, efficiënt en voordelig.
Voor auteurs, artiesten, producenten en uitgevers (hierna gezamenlijk ‘rechthebbenden’ genoemd) is het goedkoper, effectiever en veiliger (handhaving) om een deel van hun rechten collectief uit te oefenen. Zij hoeven dan niet zelf bij te houden wat er met hun creatie gebeurt en hun vergoeding zelf bij alle gebruikers van hun werk op te halen, wat in de meeste gevallen ondoenlijk is. Wanneer een organisatie namens een groep van rechthebbenden optreedt om zonder winstoogmerk vergoedingen voor het auteursrecht of naburig recht te innen en onder de rechthebbenden te verdelen, spreken we van collectief beheer.
Ook voor gebruikers heeft het veel voordelen als collectieve regelingen met collectieve beheersorganisaties (CBO’s) kunnen worden getroffen. Er hoeft geen regeling met iedere maker of uitvoerende artiest of acteur, uitgevers of producent te worden getroffen. Via een CBO wordt één loket geboden om een regeling te treffen.
Ondernemers en organisaties die voor hun klanten of personeel muziek of televisieprogramma’s openbaar maken of voor intern gebruik kopieën maken uit zowel online als offline bronnen kennen Buma/Stemra en Sena (voor muziek), Videma (voor televisiebeelden) en Reprorecht (voor kopiëren).
Daarnaast zijn er organisaties die regelingen aanbieden voor specifiek gebruik, zoals het uitlenen door openbare bibliotheken (Leenrecht) en de wettelijke vergoeding voor privékopiëren (de Thuiskopie) die geïnd wordt via een kleine opslag op de verkoopprijs van apparaten waar de consument kopieën op maakt, zoals smartphones, tablets en computers.
Erfgoedinstellingen kunnen voor digitaliseringsprojecten een regeling treffen met Pictoright voor de vergoeding van 'visuele makers' (zoals fotografen, beeldend kunstenaars en architecten) en met Lira ten behoeve van schrijvers. En onderwijsinstellingen kunnen voor gebruiksregelingen terecht bij UvO (readerregeling).
De overige CBO’s zorgen er voornamelijk voor dat de collectief geïnde gelden zo efficiënt mogelijk worden verdeeld onder de door hen vertegenwoordigde makers, zoals acteurs (NORMA), regisseurs (VEVAM) of schrijvers (Lira).
Voor een uitgebreider overzicht zie:
Wat met wie regelen?